dinsdag 1 december 2015

Tegen het krakende hek

Zo stonden wij tegen het krakende hek,
zo buiten de wereld als paarden.

Het was weer aarde, gier en soir de
paris, een avond van waar en wanneer.

In mij kwamen vergeten regels omhoog,
zachte op nacht rijmende landerijen,

maar jij fluisterde: hier, hier is het
het fijnste, waar je nu bent, waar je nu

bent met je handen. Zo lagen we tegen
de aarde en tegen elkaar, terwijl het hek

kraakte tegen de opdringende paarden.

Rutger Kopland (1934–2012)

Zijn paarden toevallig gekozen? Ze staan op dat moment in de buurt. Dat hadden ook koeien of schapen kunnen zijn. Aan paarden kleeft meer mystiek en ze maken een intelligente indruk, zodat de mens zich meer kan identificeren met een paard dan met een koe of een schaap. Paardenliefde is niet vreemd, koeien- of schapenliefde wel.

De wereld, alles wat zich voordoet en door de mens wordt waargenomen en geinterpreteerd. Rutger Kopland heeft ooit geschreven: “Het gevoel en het weten dat de wereld zoals wij die zagen de werkelijkheid niet was, maar oplost en plaatsmaakt voor de wereld die wij niet kennen, dat is de ervaring waar het om gaat.”
Er is een wereld zoals wij die zien en een wereld zoals wij die niet zien. En daar kan de mens zich bewust van zijn. En op dat moment voelt hij zich buiten de wereld die hij niet ziet, geplaatst. Dat kan een opluchting of een teleurstelling zijn. Dat mag u zelf weten.

Het gaat nu erom dat in deze regels de paarden ook dat bewustzijn hebben. Of eerder: dat wij denken dat paarden ook dat bewustzijn hebben. Dieren zijn nauwelijks bewust van de wereld en staan niet stil bij de gedachte of wat zij zien allesomvattend is of dat zij een deel niet zien.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten